Gods Heerlijkheid

en overdenking bij Psalm 19 /met Psalm 8:4 en Paulus visie
Psalm 19 is een mooi lied van koning David. Het laat zien dat God op twee manieren tot ons spreekt: via Zijn schepping en via Zijn Woord. Maar als we de grootheid van God in de natuur zien, stellen we ons ook de vraag: Wie zijn wij dan? Die vraag stelt David ook in Psalm 8, en het Nieuwe Testament geeft ons daarop een dieper antwoord.
Als gelovigen helpt dit ons om Gods openbaring in de natuur en de Schrift te begrijpen en ook onze plaats daarin te zien.
God Spreekt Door de Schepping (Psalm 19:1–6 en Psalm 8:4)
"De hemel vertelt van Gods heerlijkheid,
en het uitspansel verkondigt het werk van Zijn handen."
Psalm 19:1
David ziet de hemel als een machtige preek van God. De zon, de sterren en de nachtelijke stilte getuigen van Gods eeuwige kracht en glorie zonder woorden, maar voor iedereen zichtbaar.
In Psalm 8:4 wordt David opnieuw stil van wat hij ziet:
"Wat is de mens dat U aan hem denkt,
en het mensenkind dat U naar hem omziet?"
Psalm 8:4
Hij is verwonderd: de Schepper van het heelal denkt aan ons. In het licht van de oneindige kosmos lijkt de mens klein, maar God geeft hem waarde. Hij heeft ons gemaakt naar Zijn beeld, en zelfs een plaats van eer gegeven.
Toepassing: De natuur laat ons Gods grootheid zien maar ook onze kwetsbaarheid en tegelijk onze bijzondere roeping.
God Spreekt Door Zijn Woord (Psalm 19:7–11)
"De wet van de HEERE is volmaakt, zij herstelt de ziel;
de getuigenis van de HEERE is betrouwbaar, zij geeft de eenvoudigen wijsheid."
Psalm 19:7
Gods Woord vult aan wat de schepping niet zegt: het vertelt ons wie God is, hoe wij Hem kunnen kennen, en wat onze bestemming is. De Bijbel is volmaakt, zuiver en betrouwbaar. Ze leidt ons naar het hart van God.
Paulus schrijft in Hebreeën 2:6–9 over Psalm 8. Hij legt uit dat Jezus Christus de vervulling is van die vraag: "Wat is de mens?" Want Jezus werd mens, verlaagd "voor een korte tijd," en is nu verhoogd boven alles:
"Maar wij zien Jezus… met heerlijkheid en eer gekroond, opdat Hij door Gods genade voor allen de dood zou smaken."
Hebreeën 2:9
Gods plan met de mens en met Zijn Zoon als de nieuwe Mens komt tot vervulling in Christus. Dat gaat verder dan wat de sterren ons ooit kunnen vertellen.

Onze Juiste Reactie op God (Psalm 19:12–14)
"Laat de woorden van mijn mond en de overdenking van mijn hart
welgevallig zijn in Uw ogen, HEERE, mijn rots en mijn Verlosser."
Psalm 19:14
Na het zien van Gods majesteit en het horen van Zijn Woord, bidt David om een zuiver hart. Hij vraagt vergeving voor verborgen fouten en bescherming tegen opzettelijke zonden.
Ook Paulus zegt (1 Korintiërs 15:47–49) dat wij, net als Christus, uiteindelijk naar Zijn beeld vernieuwd zullen worden. We dragen nu het beeld van de aardse mens, maar zullen straks het beeld van de hemelse dragen.
Toepassing: Onze reactie op Gods grootheid moet nederigheid, bekering en toewijding zijn met ons oog op Jezus, onze Verlosser en de ware Mens naar Gods bedoeling.
Conclusie
Psalm 19 en Psalm 8 vullen elkaar prachtig aan:
- De schepping laat Gods majesteit zien.
- De Schrift laat Gods genade zien.
- Jezus laat Gods liefde zien en onze ware roeping als mensen.
Zoals Paulus zegt: "Want uit Hem, en door Hem, en tot Hem zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid tot in eeuwigheid!" (Romeinen 11:36)
Laten we met David bidden:
"Laat de woorden van mijn mond... welgevallig zijn in Uw ogen."
Psalm 19:14
Amen.
